NGV Stambomenverzameling

Jan I (de sterke) van Arkel

Mannelijk ( c.1220) -


Persoonlijke informatie    |    Aantekeningen    |    Alles    |    PDF

  • Naam Jan I (de sterke) van Arkel 
    Geboren ( c.1220) 
    Geslacht Mannelijk 
    Persoon-ID I31965  Boom 002
    Laatst gewijzigd op 1 jul 2014 

    Vader Herbaren II van Arkel van de Lede,   geb. ( c.1200),   ovl. ( c.1253) 
    Moeder Aleid van Heusden,   geb. ( c.1197), Heusden Zoek alle personen met gebeurtenissen in deze plaats,   ovl. ( c.1260) 
    Gezins-ID F13879  Gezinsblad  |  Familiekaart

    Gezin Yda van Andel 
    Kinderen 
     1. Jan II van Arkel,   geb. ( c.1250),   ovl. 27 mrt 1297, Vromen (Alkmaar) Zoek alle personen met gebeurtenissen in deze plaats
    Laatst gewijzigd op 1 jul 2014 
    Gezins-ID F13880  Gezinsblad  |  Familiekaart

  • Aantekeningen 
    • Eeuwenlang hadden de heren van Arkel geprofiteerd van het feit, dat hun rijke goederen gelegen
      waren in een gebied, waar de macht van de graaf van Holland, van de bisschop van Utrecht en van
      de hertogen van Gelre en Brabant nooit helemaal duidelij
      k was.
      Tot hun heerlijkheid behoorden oa. Gorinchem, Heukelom, Asperen, Leerdam, Hagestein, Haastrecht,
      Schoonrewoerd, Everstein, Bergambacht en Zoelen.
      Volgens de oude saga kwam de eerste Arkel op een zwaan de rivier afdrijven om zich aan de Linge voorgoed te vestigen en er een slot te bouwen. Heer van Arkel (1253-1264). Treedt, heer van Arkel en ridder genoemd, met zijn broeder, heer Herbaren van den Berghe, op als getuige voor heer Jan van der Lede. In het volgende jaar (op 25 Juni 1254) vinden wij hem met zijn broeders Otto en Hugo vermeld in de oorkonde waari n heer Jan van der Lede en zijn neef Hugo van Arkel heer Floris van Dalem belenen met 1/3 van Dalem. Op 29 Oct. 1263 beleent hij zijn 'cognatus' Otto met het bedijkte land dat Slingeland genoemd wordt. Voor de laatste maal wordt hij vermeld op 23 Aug. 1264, wanneer hij met Willem heer van Brederode een watergang verleent aan heer Hendrik van Alblas. (NL 1954).